Meerderheid schoonheidsspecialisten komt niet in aanmerking voor noodmaatregelen kabinet

Meerderheid schoonheidsspecialisten geen aanspraak op noodmaatregelen

Ondernemers in de schoonheidsverzorging zijn zwaar getroffen door de coronacrisis. Voordat het kabinet op 23 maart het uitoefenen van het beroep tot 6 april verboden heeft, hadden veel schoonheidssalons al op eigen initiatief hun deuren gesloten omdat het afgegeven advies om 1,5 meter afstand te bewaren bij de uitvoering van de werkzaamheden volstrekt onhaalbaar is. Binnen de beroepsgroep is en was er veel begrip: er moest alles worden gedaan om het corona-virus in te dammen.

In de brief die op 17 maart 2020 naar de Kamer ging, werd schoonheidsverzorging door het kabinet als voorbeeld van zwaar getroffen sector genoemd. Schoonheidsspecialisten werden expliciet genoemd als beroepsgroep die in aanmerking moet komen voor het eenmalige bedrag van 4000 euro, uitgevoerd door het ‘Noodloket’. Daar waren de getroffen schoonheidsspecialisten heel blij mee. Deze compensatie zou helpen de klap van de abrupte sluiting van het bedrijf op te vangen.

Tot de grote teleurstelling van de gehele beroepsgroep van schoonheidsspecialisten bleek echter de bepaling opgenomen dat ondernemers met een bedrijf aan huis geen aanspraak kunnen maken op deze tegemoetkoming. Schoonheidsverzorging kenmerkt zich door het hoge aantal aan (of in) de eigen woning gevestigde ondernemingen (ca. 75-80% van de beroepsgroep). Driekwart van de ondernemers van deze zwaar getroffen sector kan daarmee dus geen aanspraak maken op de zo noodzakelijke maatregel.

Praktijk aan huis: geen recht op compensatie

Het kabinet hanteert de redenering dat in of aan huis gevestigde ondernemers geen of weinig vaste lasten zouden hebben. Dat klopt echter niet; onderzoek door Brancheorganisatie ANBOS toont aan dat de vaste lasten van deze groep 27% van de omzet bedraagt. Ter vergelijking: de vaste kosten van de in een bedrijfspand gevestigde ondernemer zonder personeel zijn 38%. De ondernemers in de schoonheidsverzorging hebben geïnvesteerd in verbouwing en inrichting, zodat de praktijk ruimte voldoet aan de eisen van de Code van de Schoonheidsspecialist.  Ook zij hebben vaste kosten van afschrijvingen, nutsvoorzieningen, leasecontracten, rente en aflossing van (hypothecaire) leningen en andere zaken. ANBOS roept het kabinet daarom met klem op om voor deze branche (net als voor de horeca) een uitzondering te maken, zodat ook salons aan huis recht hebben op compensatie. Ook zij zitten vanaf 16 maart zonder inkomsten.